Aantal WW uitkeringen in IJsselvechtstreek wederom toegenomen
In februari waren er tegengestelde ontwikkelingen bij de WW-uitkeringen in Overijssel en Gelderland Noord. Twente ontwikkelde zich positief, met een lichte afname. In IJsselvechtstreek en Stedendriehoek en Noordwest Veluwe werden er wederom meer WW-uitkeringen verstrekt.
Ook bij sectoren zijn er duidelijke verschillen. De uitzendbranche en de bouw profiteerden van het ingezette herstel. In de zorg en welzijn nam het aantal WW-uitkeringen verder toe.
IJsselvechtstreek: Lichte stijging WW-uitkeringen
In de regio IJsselvechtstreek, waaronder Zwolle valt, steeg het aantal WW-uitkeringen in februari met 0,7% tot 15.178. Dit in tegenstelling tot de landelijke daling met 0,5%. Tegelijkertijd is deze stijging in de regio veel kleiner dan in januari. Toen bedroeg de stijging nog 5,6%.
De stijging vlakt dus af en kan de komende tijd zelfs omslaan in een afname van WW-uitkeringen. Richting het voorjaar is er meer seizoenarbeid. Daarnaast zijn er signalen dat de economie zich voorzichtig herstelt. Het aantal WW-uitkeringen ligt nu zelfs iets lager dan in februari 2014 (-0,1%). Verder eindigen in de regio relatief meer WW-uitkeringen doordat mensen opnieuw aan het werk gaan. Deze maand eindigde 56% door werkhervatting; vorig jaar februari was dit nog 52%.
De bouw en industrie ontwikkelen zich gunstig. In deze sectoren daalde het aantal WW-uitkeringen deze maand, en ook het afgelopen jaar. Bij de bouw zijn er ruim 330 WW-uitkeringen minder dan vorig jaar; bij de industrie bijna 80 minder. Ook onder uitzendkrachten daalt de WW (met bijna 160). De uitzendconstructie wordt vooral toegepast bij de bouw en industrie.
De zorg stijgt deze maand opnieuw met ruim 80 WW-uitkeringen. En bereikt daarmee een niveau dat 485 hoger ligt dan in februari vorig jaar.
Uitgelicht: Uitzendbedrijven geven de richting van de arbeidsmarkt aan
De uitzendbranche reageert sterk op economische veranderingen. Uitzendbureaus zijn sterk getroffen door de opeenvolgende recessies en hebben veel werkgelegenheid verloren. Maar nu de economie voorzichtig herstelt, profiteert deze sector als één van de eerste sectoren. Bedrijven zijn bij het aantrekken van de markt nog terughoudend met het aannemen van vast personeel en trekken vaak in eerste instantie uitzendmedewerkers aan.
Dit is ook terug te zien in de WW-uitkeringen. De grafiek toont het verloop van WW-uitkeringen in Overijssel en Gelderland Noord vanaf 2012. De blauwe lijn geeft de ontwikkeling van alle sectoren samen; de rode lijn van alleen de uitzendbedrijven. Aan de sterke WW toename in 2012 en 2013 kwam een eind in 2014. Het totaal aantal WW-uitkeringen bleef het afgelopen jaar ongeveer gelijk. In de uitzendsector is echter al een daling zichtbaar.
De uitzendbranche reageert niet alleen sterker op economische ontwikkelingen, maar ook op seizoeninvloeden. Seizoengevoelige sectoren doen vaak een beroep op uitzendkrachten, bijvoorbeeld in de bouw. In de winter is er minder werk (en stijgt de WW), terwijl er in het voorjaar weer meer werk is (waardoor de WW daalt).
De hier beschreven ontwikkelingen sluiten aan bij de CBS publicatie “Grootste stijging uitzenduren in ruim vier jaar”. Het aantal uitzenduren stijgt al lange tijd. In het laatste kwartaal van 2014 ging het zelfs om de grootste stijging in ruim vier jaar. Dit heeft te maken met het inzettende herstel en de toenemende flexibilisering van de arbeidsmarkt. Ondernemers in de uitzendbranche zijn dan ook optimistisch over 2015.
